Onlangs volgde ik een introductiecursus verbindende, of geweldloze, communicatie. Tijdens deze tweedaagse kregen we het volgende filmpje te zien. Het raakte me. Ik voelde pijn bij het zien van de “gewelddadige” stukjes. In mijn binnenste voelde het niet oké. Logisch waarschijnlijk als je kijkt naar de manier waarop ik met mijn dochter probeer om te gaan.
Als ouder hebben we natuurlijk macht over onze kinderen. Het is onze taak om hen op te voeden, grenzen aan te geven en te behoeden voor gevaar. De vraag is op welke manier we die macht moeten uitoefenen en hoeveel macht we moeten doorduwen.
Zoals ik het zie, leren heel wat kinderen nu (en vroeger waarschijnlijk nog meer) dat diegene met de meeste macht het voor het zeggen heeft en dat die een bepaalde positie heeft waar je naar op kijkt. Het is iets dat je maar beter kan hebben.
Tegelijk wordt er voorbij gegaan aan gevoelens of behoeften. Het is vaak niet gepast om je kwetsbaar op te stellen dus doen we het niet. Kinderen worden “getroost” met goed bedoelde woorden als “Dat is toch niet erg.” of “Het is niks.” of “Het is al voorbij.”. Precies of diegene die dat zegt, kan dat weten. We voelen ons ongemakkelijk wanneer een kind weent of wanneer iemand zich kwetsbaar opstelt dus proberen we het zo snel mogelijk te stoppen.
Mijn gevoel zegt me dat dit niet de manier is waarop we met elkaar zouden moeten omgaan. Dat de wereld een mooiere plaats zou zijn als we allemaal wat meer vanuit ons gevoel, vanuit onze mogelijkheid om te geven zouden leven. En dat begint voor mij bij de manier waarop wij met onze kinderen omgaan. Als we macht niet zien als iets om te hebben, maar als iets neutraal dat ons bewust keuzes laat maken, zou er minder sprake zijn van controle, van “gewelddadig” uw zin krijgen.
Door hen het goede voorbeeld te geven en op te voeden vanuit mildheid, met aandacht voor gevoelens en behoeftes, zonder oordelen of harde woorden, met ruimte voor vrijheid en autonomie, kunnen we volgens mij een generatie opvoeden die leert om te communiceren in plaats van leert het hoogste woord te hebben, om gelijk te hebben. Het zou in mijn ogen heel wat meer opleveren en iedereen een mooier leven geven. Het gaat er dan niet meer om of jij gelijk hebt of die ander. Iedereen heeft gelijk vanuit zijn of haar standpunt en samen kan je tot een compromis komen.
Ik weet wel dat het soms gemakkelijker is om te proberen controle uit te oefenen over je kind. En dat ze soms ook moeten luisteren of doen wat hen gevraagd wordt. Alleen moeten we ons de vraag stellen of dat ook is wat we op de lange termijn van hen willen. Willen we dat ze zich onderdanig opstellen? Dat ze gemeen doen tegen anderen om te vermijden dat er gemeen wordt gedaan tegen hen? Dat ze over lijken gaan om te krijgen wat ze willen? Dat ze zichzelf wegcijferen en altijd maar ja zeggen? Ik weet wel zeker dat dat niet is wat ik wil voor mijn dochter en ongeboren kind. Ja, ik wil iemand die zich aan afspraken en regels kan houden die gelden binnen een maatschappij. Ik wil ook kinderen die die afspraken en regels op een deftige manier in vraag kunnen stellen en eventueel met een alternatief kunnen komen. Kinderen die hun mannetjes staan met oog voor de anderen rondom hen. Kinderen die respect hebben voor zichzelf, de mensen rondom hen en met uitbreiding voor alles en iedereen op deze aarde.
Voor mij begint dat allemaal met de manier van opvoeden: wij als ouders kunnen het verschil maken. Dat is, naast het feit dat het voor mij gewoon ook echt niet goed voelt, de grootste reden om niet te straffen en niet te belonen.
P.S.: Ik kon het niet laten om deze symbolische foto erbij te plaatsen. ?