Voor een mooie [kinder]tijd
Hoe ik plan en een agenda bij hou

Hoe ik plan en een agenda bij hou

Ons huisonderwijs is zelfgestuurd: het vertrekt vanuit de meisjes en wat zij willen en/of nodig hebben. Dat betekent niet dat ik niks plan. Integendeel want ik ben graag toch een beetje voorbereid met op z’n minst wat ideeën. Maar hoe doe ik dat dan? En hoe zit dat met het bijhouden van een agenda?

Laat me eerst al even zeggen dat dat allebei in Vlaanderen min of meer verplicht is. Je moet weten waar je naartoe wil met je huisonderwijs en je moet ook bijhouden en evalueren wat je doet. Als je inspectie over de vloer krijgt, verwachten ze wel dat je iets kan voorleggen.

Los van die inspectie helpt het mezelf dus ook. Ik laat je even zien hoe, wat, waar en waarom.

De voordelen voor mij

Ik onthoud ideeën beter en maak er ruimte voor. De meisjes hebben regelmatig een idee dat ze willen doen, maar waar we op dat moment het juiste materiaal niet voor hebben. Of geen tijd voor hebben. Soms zie ik online iets dat me wel interessant lijkt. Die ideeën noteer ik om er op een later moment naar terug te kijken en alsnog voor te stellen.

Daarnaast geeft het me vertrouwen omdat het toont wat we eigenlijk allemaal doen op een dag, in een week en in een maand. En dat is vaak meer dan ik op het eerste zicht denk. Veel van ons huisonderwijs gebeurt onderweg waardoor het soms ook lijkt alsof we niet veel gedaan hebben. Terwijl het ook heel waardevol is om tijdens een avondwandeling sterrenbeelden te bespreken. Of gekke rijmwoorden te bedenken in de auto. Wat ook weer niet wil zeggen dat ik álles opschrijf.

Het zorgt ervoor dat ik op de korte termijn kan plannen. Op de lange termijn zijn het de eindtermen waaraan we werken en vaak kan ik daaruit wel doelen en dus ideeën halen voor de kortere termijn. Dat maakt dat ik kan uitkijken naar leuke activiteiten, materialen en boeken … Het zorgt er ook voor dat ik tijd probeer te maken voor datgene waar ze in geïnteresseerd zijn.

Het opschrijven van beschikbare materialen helpt me ook om ze effectief te gebruiken. ’t Is nu niet dat ik een hele winkel kan beginnen, maar we hebben wel heel wat materialen. De hoeveelheid zorgt er soms voor dat ik vergeet dat we iets bepaald hebben. Zo haalde ik deze week het geobord nog eens boven. Dat ligt al superlang te liggen in de kast en ik was dus eigenlijk bijna vergeten dat we dat hadden. Het staat dus ook niet op het lijstje. Oeps.

Hoe ik plan

Er zijn veel verschillende manieren om een planning te maken of een agenda bij te houden. Een effectieve agenda, een bullet journal, digitaal en waarschijnlijk nog heel veel andere methodes. Ik gebruik mijn zelfgemaakte planner.

Dus ik heb een kaft met daarin verschillende tussenschotten: planning, ochtendmand en lijstjes. Elke week denk ik na over mogelijke activiteiten, schrijf ik op wat we gepland hebben en wat we uiteindelijk doen.

Wekelijkse agenda Dit gebruik ik enerzijds als voorbereiding en anderzijds om bij te houden wat we ook effectief deden. Ik gebruik hier drie pagina’s voor: de weekplanning, de notities en reflecties en de agenda. De eerste bladzijde is vooral ter voorbereiding. Elke week vraag ik aan de meisjes wat ze de week erna willen doen. Dat schrijf ik dan in het vakje van “vragen en ideeën om te leren”. Daar schrijf ik ook ideeën of onderwerpen bij die ik als mogelijkheid zie zoals bv. nu advent of Kerstmis. Op dit moment is dat voor de oudste dochter dan leren typen, het schrijven van een nieuwjaarsbrief en iets bakken. De jongste wil ook graag schrijven en knutselen.

Interessante boeken, filmpjes en documentaires is voor de huidige leesboeken en prentenboek. Ik verwijs er ook naar de boeken die in de voorleesmand/ochtendmand zitten. Daar heb ik namelijk een apart blad voor. Als ik iets specifiek vind op YouTube, Netflix of Schooltv dan zet ik dat hier ook neer.

Activiteiten en invitations is voor leuke ideeën die ik wil klaarzetten voor hen of samen met hen wil doen. Dat is dan bv. rijmen met taalprullen, een gedicht schrijven voor Sinterklaas, (met) mos schilderen, mos onderzoeken met een microscoop en vergrootglas, een kerstliedje leren spelen op de (kinder)xylofoon of piano, op een T-shirt tekenen, kerstversiering maken, hun naam in spijkerschrift schrijven …

Uiteraard krijgen we niet alles gedaan wat ik opschrijf. Dat is ook niet mijn bedoeling. Het is een leidraad om een beetje voorbereid te zijn op de week die komt. Dat zie ik een beetje als mijn job: geen strikte planning, maar wel een idee hebben van mogelijkheden. Betekent dat dat ik hen verplicht om die dingen te doen? Nope. Zeker niet. Ik ben voor het zelfgestuurd leren (voor de 100e keer, oeps) en stel dus enkel voor. Soms reageren ze heel enthousiast, soms duurt het een paar dagen en soms komt er geen reactie. Allemaal prima.

Bij materiaal schrijf ik dingen op die we nodig hebben voor de activiteiten. Zo kan ik bedenken of we die materialen ook effectief hebben of dat ik nog voor iets langs de winkel moet.

Notities en reflecties en weekagenda gebruik ik dan om bij te houden wat we effectief deden. In de hokjes van de weekagenda maak ik een lijstje met de activiteiten van die dag. Bij notities en reflecties schrijf ik wat uitgebreidere informatie als ik dat nodig vind. Zo kwam er deze week een nieuw werkboekje aan. Bij de weekagenda schrijf ik dan dat er in gewerkt is en bij de notities en reflectie schrijf ik wat er gemaakt is.

De weekagenda vul ik aan het begin van de week in met potlood. De activiteiten die we zeker doen (hobby’s, afspraken met andere huisonderwijsgezinnen …) zet ik er al in. Daarna schrijf ik mogelijke ideeën voor die dag op. Met een vinkje duid ik aan wat we deden aan het einde van de dag. En vul ik dus aan als we ook andere dingen deden.

Op het einde van de week kijk ik naar wat we deden en niet deden. Wat ze nog wel altijd willen doen krijgt een plaatsje in de volgende week. Dat doe ik ook niet tot in het oneindige. Soms lijkt het alsof ze iets willen doen, maar blijkt de goesting toch niet voldoende om er ook mee door te zetten. Dan verdwijnt die activiteit van de radar.

Het blad van de ochtendmand gebruik ik in combinatie met de notities en reflectie. Ik print ze recto verso. Toen we nog echt de ochtendmand deden, plande ik om de drie weken ongeveer nieuwe boeken en materialen in die mand. Ik zorgde ervoor dat er per domein iets in zat: een informatie boek, een voorleesboek, een spelletje, een werkboek … Elke week kreeg een kleurtje. Elke keer dat we die week een bepaald item deden, zette ik daar in de kleur van de week een streepje achter. Zo kon ik bijhouden wat we al gedaan hadden en wat niet. Wat dan tegen het einde van de week nog niet gedaan werd, probeerde ik nog te laten gebeuren. Als ik meer informatie wou opschrijven bij een bepaald item dan noteerde ik dat bij de notities en reflectie.

Ondertussen doen we de ochtendmand niet meer op die manier. Het is nu een voorleesmand geworden. Voor de rest heb ik voorlopig hetzelfde principe: ik probeer per domein iets erin te steken en duid het met een streepje aan als we erin lazen. De spelletjes en andere materialen zijn naar onze huisonderwijskast gegaan. Die noteer ik ook nog wel op het blad van de ochtendmand. Als ze dan daarvan iets doen, komt er ook een streepje achter.

Verder heb ik nog wat pagina’s met lijstjes en een kalender.

De kalender hangt voor deze maand en volgende maand aan de muur in onze living. Zo hebben de meisjes een overzicht van wat er wanneer is.

Projecten en interesses dienen voor exact dat: dingen die de meisjes interessant vinden of willen doen. Er wordt regelmatig iets aan toegevoegd en elke paar maanden bekijken we het samen om te zien of er iets van weg kan. Het helpt om activiteiten te zoeken en bedenken die samenhangen met wat ze willen doen en leren.

Planning per leergebied gebruik ik om de twee à drie maanden om eindtermen te noteren per leergebied waarvan ik denk/bijna zeker weet dat ze aan bod gaan komen. Ik schrijf er de nummer van de eindterm op met de betreffende activiteit erbij. Het is ook een planning en geen vaststaand feit.

Materialen per leergebied gebruik ik ook om de twee à drie maanden om materialen op te schrijven die we hebben en die we dus kunnen gebruiken. Als ik dat niet doe, vergeet ik soms een bepaalde materiaal en dat is jammer uiteraard. Dat gaat van spelletjes, over werkboeken tot abonnementen op tijdschriften, knutselmateriaal …

En dan zijn er, als laatste, nog de lijstjespagina’s: vragen om te onderzoeken, boeken, activiteiten en uitstapjes. Ik gebruik het om dingen te noteren die ze eens aanhalen om te doen, maar wat op dat moment niet lukt. Of uitstapjes of boeken die ik ergens zie en interessant vind. Ook daar kijk ik regelmatig terug naar om de planning te maken.